Moeilijke eters: als je peuter niet wil eten

playing food

Na de borst of fles stapte je kind soepel over op hapjes, smulde overal van… en nu is eten opeens een drama! Tja, een dreumes of peuter kan zomaar ‘besluiten’ dat-ie niks meer lust. Kinderpsycholoog Tischa Neve legt uit waarom én geeft advies.

Mijn peuter wil niet eten, wat nu?

Je bent niet de enige. Zo tussen de één en twee jaar is de kans groot dat je altijd lekker etende kind verandert. Wat hij lustte is ineens niet lekker meer, hij is stout aan tafel en wil geen nieuwe dingen meer proeven. De eetstrijd kan beginnen! Wat maakt nou dat die omslag er ineens is?

Alles is nee

Niet eten heeft bij peuters vaak meer met de peuterpuberteit te maken dan met het eten zelf. Ze zeggen nee tegen alles, dus ook tegen het eten. Ze zeggen al nee voordat ze iets hebben geproefd, gewoon om te kijken wat er dan gebeurt: ouders gaan spelletjes doen, liedjes zingen, mopperen, worden boos, tillen je de kinderstoel uit, roeren appelmoes door het eten… ze doen een heleboel.

Dat vinden peuters zo spannend, dat ze de volgende keer wéér nee tegen hun eten zeggen. Ga daarom gerust op het woordje ‘nee’ in, maar koppel het woord niet aan de maaltijd. Zing bijvoorbeeld samen het nee-liedje en laat je kind zo vaak nee roepen als hij wil. Daarna ga je over tot de orde van de dag en zet je je peuter zijn bordje voor.

Minder groei

Omdat een kind in het eerste levensjaar heel hard moet groeien, heeft het ook veel voedingsstoffen nodig. Zijn gewicht verdrievoudigt zo ongeveer (bijvoorbeeld van 3,5 naar 10 kilo). Maar tussen de één en twee jaar groeien kinderen veel minder hard dan daarvoor. Dus heeft je kind gewoon minder voeding nodig dan in het eerste jaar. Daar kun je van schrikken, maar er is gelukkig bijna nooit reden tot zorg.

Vermoed je dat zijn gezondheid of gewicht eronder lijdt, ga dan even naar de huisarts. Niks aan de hand? Dan kun je met de onderstaande adviezen aan de gang.

Zelfbewustzijn

Er is meer wat voor gedoe met eten kan zorgen. Rond de leeftijd van één jaar beginnen kinderen hun zelfbewustzijn te ontwikkelen. Ze beginnen te beseffen dat ze individuen zijn, die los van hun ouders bestaan. Ze starten met kruipen en daarna met lopen, wat hun leefwereld aanzienlijk vergroot en waardoor ze het gevoel hebben dat ze minder ‘afhankelijk’ van hun ouders zijn.

Machtsstrijd

Dat besef is het begin van de ontwikkeling van een eigen wil. Ik ben ik en ik wil dit niet of juist wel. En weet je wat, ik vind broccoli eigenlijk helemaal niet lekker! Dit doet je kind niet bewust, maar dat is wat er gebeurt als hij opeens begint te roepen en huilen dat hij iets niet lust, terwijl hij dat altijd lekker heeft gevonden. Hij krijgt door dat hij invloed heeft op zijn omgeving en gaat dat eens lekker testen. ‘Als ik niet eet of troep maak, komt er een reactie van mijn papa en mama. Dat is leuk!’

Als een kind in deze fase zit, zijn er drie gebieden waarop hij het altijd van zijn ouders kan winnen:

Slapen:

Ouders kunnen hun kind in bed leggen en zeggen dat hij moet slapen, maar hij bepaalt toch echt zelf of hij lekker gaat liggen. Wat als je kind niet wil slapen?

Zindelijkheid:

Ouders kunnen hun kind op een potje of wc zetten, maar als hij niet plast of poept verander je er niks aan. Onze tips bij zindelijk worden.

Eten:

Ouders kunnen van alles in de mond van hun kind stoppen, maar hij bepaalt zelf of hij het doorslikt of uitspuugt.

Op deze drie punten kan macht dus een rol spelen en daardoor zijn het dé opvoedgebieden bij jonge kinderen waarop vaak strijd ontstaat. Want het geeft ze de mogelijkheid om het van je te winnen… Dat ben je voor door er geen strijd van te máken.

Wat als mijn peuter niet wil eten?

Je kunt als ouder wel bepalen wát, maar niet hoeveel een kind eet. Kinderen gaan uiteindelijk vanzelf vast voedsel eten. Ze apen hun omgeving na, ontdekken wat ze wel of niet lekker vinden. Elk kind is er op een andere leeftijd aan toe. Zorg dat er geen spanning is aan tafel en laat het een sociaal gebeuren zijn. Is het bord leeg: prima. Is het niet leeg: ook prima. Heb er vertrouwen in dat het goed komt. Heb je het idee dat je kind niet genoeg vitamines binnenkrijgt, geef dan voor je eigen geruststelling wat voedingssupplementen. Maar haal de druk eraf.

Mijn kind wil niet ontbijten

Regelmaat is goed en dat begint bij het ontbijt. Maar als je kind liever iets drinkt in plaats van een boterham te eten, geef hem dan gewoon zijn beker. Geef iets te drinken met de juiste calorieën en mineralen, door bijvoorbeeld (drink)yoghurt te mengen met gepureerd fruit. Lust je kind wel een tosti, doe er dan wat groente zoals sla of tomaat tussen. Als je er geen punt van maakt, voelt hij zich vrij om alles te proeven, ook wat hij eerder heeft geweigerd. Er geen aandacht aan schenken, zelf het goede voorbeeld geven zónder dat te benadrukken en je kind zichzelf laten ontwikkelen: zo voorkom je een machtsstrijd.

Zo blijft het gezellig aan tafel

Ga je de strijd aan als je kind niet wil eten, dan versterk je zijn weerzin alleen maar. In een gezellige sfeer is de kans veel groter dat hij bereid is iets te proeven. Een voorkeur voor een bepaald soort eten is ook niet erg. Laat je kind in zijn eigen tempo eten ontdekken. Belangrijk is dat het leuk is aan tafel. Als je kind de rest van het gezin lekker ziet eten, gaat hij dat uiteindelijk heus ook doen, maar dan zonder druk. Tips om het gezellig te houden:

  • Laat de maaltijd niet langer dan twintig minuten duren.
  • Praat gezellig over alles behalve eten (dus niet: ‘Goh, vind je de wortels ook zo héérlijk, papa?’).
  • Laat je peuter lekker knoeien en smakken, tafelmanieren komen later wel.
  • Dwing je kind niet zijn bord leeg te eten (dat doen volwassenen ook niet).

Haal het bord weg als de tijd om is en geef je kind gewoon zijn toetje, ook al heeft hij slecht gegeten. Voor straf geen toetje geven heeft geen effect op een peuter. Bovendien krijgt hij met een toetje voedingsstoffen binnen.

Eetdagboek bijhouden

Denk je dat je kind veel te weinig eet, schrijf dan eens alles op wat hij binnenkrijgt. Misschien eet hij veel brood en heeft hij ’s avonds nog maar weinig nodig. Of drinkt hij te veel voor het avondeten, waardoor zijn buik vol zit. Zoete drankjes (ook vruchtensap) vullen behoorlijk. Wil je kijken of het helpt om je kind niet te laten drinken vlak voor het avondeten, houd dat dan een paar weken vol. Je kind moet wennen aan de verandering.

Neofobie

Als kinderen tegen de twee jaar zijn is neofobie een bekend fenomeen: een afkeer van nieuwe en dus onbekende eetwaren. Je kind gaat op zoek naar zekerheid en wil geen risico’s (meer) nemen door dingen te eten die hij niet kent. Hij wil weten wat hij naar binnen werkt, want dat is een geruststelling. Tussen de vier en zeven jaar is deze neofobie op zijn hoogtepunt.

Tips om je kind groente te laten eten

Heel veel ouders worstelen met de groente. Trucs zoals groente verstoppen of pureren werken lang niet altijd, veel kinderen trappen daar niet in. Hoe krijg je ze dan toch zover om (meer) groente en fruit te eten? Tips waardoor ook die ‘minder lekkere’ groenten een stuk beter te behappen worden:

Straf je kind niet als hij zijn bord niet leeg eet

‘Dan krijg je ook geen toetje.’ Bijna alle ouders roepen het wel eens als hun peuter zijn groente laat liggen. Straf kan juist zorgen voor afkeer: je kind koppelt een negatief gevoel aan gezond eten. Dat is nou net niet de bedoeling. Maak er ook geen circus van door te applaudisseren als hij een hap spinazie neemt of zijn bord leeg eet. Juist door er geen heisa van te maken leer je je kind dat je avondeten opeten, inclusief de groente, normaal is.

Laat je kind bepalen hoeveel hij eet

Maar dan eet hij niks? Maak je geen zorgen. Het is niet erg als je kind een poosje wat slechter eet. Het is zelfs bijna te verwachten zodra het woord ‘nee’ zijn intrede doet in de peuterfase. Door je kind eten op te dringen, leert hij niet te luisteren naar zijn gevoel van vol zitten. Dat is juist belangrijk en kan later zelfs overgewicht voorkomen. Zolang je kind goed groeit en levendig is, krijgt hij echt genoeg binnen.

Kleine porties op een vakjesbord

Het eet-je-bord-leeg-principe is dus niet zo verstandig. Wat dan wel? Zet kleine hoeveelheden voor. Ook een bord met vakjes kan helpen. Eén voor één een vakje leegeten of om en om iets uit elk vakje eten, hoe leuk is dat! Laat je kind ook eens zelf opscheppen. En heeft hij daarna nog trek? Dan kan hij nog wat meer krijgen.

Eet en drink op vaste momenten

Ontbijten, lunchen en een warme maaltijd. Juist deze drie vaste eetmomenten zorgen ervoor dat je kind niet de hele dag door wil eten en drinken. Natuurlijk is af en toe een tussendoortje prima, maar hou het bij maximaal vier keer en liever niet net voor het eten. Ook drinken voor het eten kan de maag vullen, waardoor je kind niks meer lust.

Verbieden werkt averechts, grenzen niet

Als je iets wilt en het mag absoluut niet, wil je het juist. Dat geldt tenminste voor veel kinderen. Snoep en koek verbieden werkt dus vaak averechts. Stel wel grenzen. Je kind helemaal vrijlaten en zelf eten uit de kast laten pakken, is ook weer niet de bedoeling. Geef je kind op vaste momenten iets lekkers, maar niet te veel…

Aan tafel… met z’n allen!

Verschillende onderzoeken tonen het aan: samen aan tafel eten heeft veel voordelen. Er wordt gezonder gegeten, het is goed voor de taalontwikkeling van kleine kinderen en het zorgt voor een gevoel van saamhorigheid. Kortom, het is goed voor de algemene ontwikkeling en gezondheid van je kind. Toch blijkt het voor drukke gezinnen best een uitdaging te zijn. De één komt laat uit zijn werk, de ander is vroeg in de ochtend al vertrokken. Probeer het in elk geval wél te doen op de momenten dat het kan. Of plan vooruit. Kook in grote hoeveelheden en vries porties in voor later. Zo creëer je toch tijd om samen te eten.

Goed voorbeeld doet goed volgen

Eet je een koekje, dan wil je peuter dat ook. Zeker op deze leeftijd willen kinderen je na-apen. Daar kun je mooi gebruik van maken: eet zelf vaker fruit en groenten als tussendoortje. Realiseer je ook dat als jíj zegt dat je iets vies vindt, je kind dat overneemt en het vast niet eens meer wil proberen. Hij kijkt naar jouw gedrag; wat en wanneer je eet. Snaai je de hele dag door, dan gaat je kind dat zien als normaal en het straks waarschijnlijk ook doen.

Meehelpen, kijken en leren

Een ei pellen, groenten en fruit wassen of brood smeren: de allerkleinsten kunnen best iets doen in de keuken en dat is hartstikke leerzaam. Je kunt zelf het beste inschatten waar je kind al bij kan helpen. Neem hem ook mee met boodschappen doen. Zo is hij op een leuke manier met eten bezig. En als hij samen met jou eten heeft gemaakt, wil hij het vast wel opeten. Plus: de groente die hij tijdens het wassen achteloos in z’n mond stopt, is maar mooi binnen!

Bron: www.oudersvannu.nl